Tweede ronde Kennisbudget Uitvoeringsprogramma
De partners in het
Convenant Bodem en Ondergrond schrijven een tweede ronde uit voor kennis en
innovatieprojecten. Voor 2017 en 2018 is een budget van maximaal 3,5 miljoen
euro beschikbaar gesteld. Naast zeven gerichte kennisvragen worden drie
concurrentiegerichte dialogen uitgeschreven en tenminste één prijsvraag.
Drie van de zeven gerichte kennisvragen betreffen het domein
bodemkwaliteitszorg. De vragen zijn achtereenvolgens ‘Hoe kan het gebruik van
Brownfields worden gestimuleerd?’ ‘Hoe komen we tot afbouw van IBC-locaties in
het nieuwe bodembeleid?’ en ‘Welke nieuwe stoffen zijn een bedreiging voor het
bodem- en watersysteem en verdienen aandacht?’ Op het gebied van klimaat wordt
de vraag gesteld ‘Hoe kun je in de praktijk adaptieve maatregelen afwegen en
aansprekend maken?’ Met het oog op de komende Omgevingswet wordt de vraag
gesteld ‘Hoe vertaal je data naar voor andere beleidsvelden begrijpbare
informatie ten behoeve van het maken van een omgevingsvisie en -plan?’ Voor het
domein klimaatmitigatie wordt een vraag geformuleerd ‘naar de wijze waarop een
publieke partij de juiste afweging kan maken aangaande geothermie (governance,
financiën, techniek)’. En tot slot wordt op het terrein van bodemdaling de
vraag gesteld ‘Welke handelingsperspectieven zijn te ontwikkelen en bruikbaar
te maken voor het omgaan met bodemdaling in stedelijk en landelijk gebied?’
De offertes voor de gerichte kennisvragen dienen 19 juli
binnen te zijn. De voorlopige gunning is op 28 juli en de definitieve gunning
vindt op 7 augustus plaats. Voor de verschillende kennisprojecten dit en komend
jaar is een budget beschikbaar van maximaal 3,5 miljoen euro. De
convenantspartijen hebben voor het Uitvoeringsprogramma Bodem en Ondergrond
2016 – 2020 in totaal 10 miljoen euro gereserveerd voor kennis- en
innovatieprojecten. In 2016 werd voor de eerste ronde kennisvragen 2,6 miljoen
euro uitgetrokken, waarmee acht projecten werden gerealiseerd. Voor de meeste
projecten geldt dat de uitvraag plaats vindt via de SO3 van RWS.
Concurrentiegerichte
dialogen
Naast deze zeven gerichte kennisvragen, licht projectleider
Kennis Leo Hamerlinck toe, ‘wordt het programma KIBO
(http://www.programmakibo.nl/) ingeschakeld om drie concurrentiegerichte
dialogen te begeleiden. Er liggen enkele, nu nog open geformuleerde vragen die
wij in samenspraak met marktpartijen en onderwijsinstellingen willen aanscherpen.
Dat zijn de vragen: “Welke risico’s brengen nieuwe bedreigingen op het gebied
van bodemkwaliteitszorg met zich mee, wat is het handelingskader en welke
gegevens hebben we nodig?” Dan is als tweede vraag opgesteld “Welke
handelingsperspectieven voor bodem en ondergrond hebben publieke en private
partijen voor klimaatadaptatie en –mitigatiebeleid?” En als derde vraag is
gesteld “Hoe zijn de bodembelangen evenwichtig af te wegen tegen andere
belangen in de stad, tegen het licht van aanstaande Omgevingswet?” Tot slot
willen we een prijsvraag uitschrijven op een onderwerp dat in de andere
terreinen niet aan de orde is gekomen, bijvoorbeeld over duurzame landbouw.
Daarbij richten we ons met name op het bedrijfsleven, in de verwachting dat
vandaaruit creatieve ideeën kunnen worden aangedragen’.
Kennisdoorwerking
Hamerlinck benadrukt het belang van kennisdoorwerking en de
aandacht die hier de komende periode aan gegeven moet worden. ‘Het blijkt een
lastige opgave te zijn om de ontwikkelde kennis goed terecht te laten komen
daar waar die nodig is. Er is al veel kennis beschikbaar bijvoorbeeld op
websites maar wordt nog te weinig toegepast in de praktijk. Dat schrijnt des te
meer nu blijkt dat naar kennisdoorwerking steeds meer vraag is, en juist naar
hardcore kennisontwikkeling minder. De kennisdoorwerking neemt daarom een meer
en meer belangrijke plek in binnen de criteria voor toewijzing van een
project’.